Gansbaai
Door: Annemarie en Bram
Blijf op de hoogte en volg Annemarie en Bram
08 Augustus 2010 | Zuid-Afrika, Gansbaai
Gisteren was het tijd om afscheid te nemen van Oudtshoorn. Na nog een laatste douche in de campingachtige doucheruimte (rijen toiletten, douches en wasbakjes naast elkaar; ik verwachtte elk moment dat iemand met zijn eigen toiletrol onder de arm binnen zou komen lopen), begon onze rit. Volgens de tomtom zou het vijf uur rijden zijn naar Gansbaai. Aangezien we mooi op tijd op weg waren gegaan, zijn we onderweg regelmatig gestopt bij een van de vele zitjes langs de weg om even de benen te strekken. Ik vond het tijd worden om ook eens een stukje te rijden, dus ben ik verder gereden. Helaas voor mij en Bram kwamen we niet veel later een bergpas tegen, waardoor Bram wagenziek begon te worden en we maar even zijn gestopt om van plek te wisselen. Rond het middaguur kwamen we in Swellendam, volgens de reisgids een leuk plaatsje. We hebben ergens een cafeetje opgezocht en een kop koffie gedronken. Daarna ben ik weer achter het stuur gekropen en rond drie uur kwamen we veilig aan in Gansbaai. We zitten in een huis aan de zee, met een fenomenaal uitzicht, zelfs vanuit onze kamer kunnen we de zee zien. Gansbaai is een klein kustplaatsje waar toeristen voor twee redenen naartoe komen; om met grote witte haaien te duiken en om walvissen (southern right whales) te zien. Even voor de duidelijkheid; wij zijn er alleen voor de tweede reden! De walvissen komen er tussen juni en december om hun kalfjes te krijgen en te zogen; het is een soort kraamkamer. Ze komen hier naartoe, omdat de wateren relatief warm zijn. Je kunt met bootjes het water op om de walvissen van dichtbij te bekijken, iedereen mag in een bootje tot 300 meter naderen, een enkeling heeft een vergunning om tot 50 meter te naderen. Echter, je kunt de walvissen vanaf het land al zien, dus wij gaan ze lekker niet storen en blijven gewoon op het droge. ’s Middags zijn we meteen maar even langs het vvv-kantoor gelopen en we hebben even naar goeie walvis spot-plaatsen gevraagd. Volgens de medewerkster was vooral zonsopgang en zonsondergang een goed moment om ze te bekijken. Dus snel boodschappen gedaan en toen doorgereden naar de Kelders. Er is hier ook een grot, vandaar de naam De Kelders. Wij konden de auto vlakbij zee parkeren en toen moesten we wachten. Het duurde niet lang of we zagen de eerste fontein uit het water opsproeien; een walvis die uitademde! Het waren er meerdere, af en toe zagen we een stuk rug, vin of zelfs een hele staart uit het water komen. Met grote tussenpozen, we moesten er echt even geduld voor hebben, maar het was wel een mooi schouwspel. We hadden op de eerste avond al gezien waar we voor kwamen! Ons verblijf hier kon al niet meer stuk! Gisteravond nog maar even de benen gestrekt (wel lekker na zo’n dag in de auto) en alweer viel ons op wat een braai-land dit toch is. Iedereen heeft een braai in of bij z’n huis en bijna elke braai was op het moment dat wij er langs liepen in gebruik. Het is hier iets anders dan onze normale barbecue, de braai is vaak ingebouwd en het vlees dat je erop klaarmaakt maakt meestal deel uit van de ‘gewone’ maaltijd. Dus in plaats van een worstje braden, gaat ie op de braai. In het huis waar wij zitten kunnen we binnen braaien, eigenlijk gewoon boven de open haard. Vandaag hebben we dat dan ook gedaan. Vanochtend eerst bij zonsopgang walvissen gezocht, maar niet gevonden. Vervolgens boodschappen gedaan, waaronder vlees en hout (geen kooltjes!) natuurlijk. Toen een stukje hardgelopen en de was naar een wasserette gebracht. Vanmiddag een stuk gewandeld langs de kust, dit keer wel walvissen gezien, en bij zonsondergang opnieuw met de auto op zoek naar walvissen. Ook dit keer was het raak, er zwommen er weer wat in de buurt. Toen was het tijd voor Bram om de braai aan te steken. Omdat dit hier echter met gewoon hout gaat en dit hout niet al te droog was, duurde het een eeuwigheid voordat we er vlees op konden braaien. Maar Bram’s moeite werd uiteindelijk beloond, we hebben het gebraaide vlees met smaak opgegeten!
Morgen gaan we naar alweer de laatste bestemming van onze reis; Kaapstad. Het is maar een paar uur rijden, dus we hebben nog tijd om in Hermanus nog wat walvissen te bekijken en om eventueel nog een wijnhuis te bezoeken in de buurt van Stellenbosch.